Op het einde van de 19e eeuw bouwden welstellende burgers op hun nabijgelegen land landhuizen waarbij bouwvolumes met treffende silhouettes asymmetrisch werden gegroepeerd.
De cottages worden gekenmerkt door erkers, loggia's, balkons, torentjes en voorportalen.
De gevels combineren baksteen met natuursteen.
De bekendste huizen zijn die van de Art-Nouveau architect Henry van de Velde en Cobra-kunstenaar Christian Dotremont.